Ik rij stapvoets, harder durf ik niet. Het is mistig, ik zie nog net de twee achterlichten van de auto die voor mij rijdt. Ik ben gefocust en in volle concentratie, want wie weet wat er voor mij
op straat gebeurd. Wie weet wat zichtbaar wordt als de mist optrekt. Er kunnen auto’s tegen elkaar gebotst zijn, waardoor ik keihard moet remmen. Hoe ziet de weg er voor mij uit?
Het is niet alleen mistig op de weg. Maar ook in mijn leven. Hij is opgegeven, de artsen kunnen niets meer voor hem doen. Hij rijdt nog op de weg, hij leeft nog, het einde is nabij. Maar hoe
nabij? Om dit te kunnen dragen is het mistig in mijn hoofd. Want wat als de mist optrekt en het verdriet en gemis zo tastbaar dichtbij komt. Kan ik dan nog focussen, kan ik dan nog geconcentreerd
zijn? Als de mist optrekt is het einde zo duidelijk in zicht. De pijn zo grijpbaar dichtbij.
Door de mist in mijn hoofd, ga ik stap voor stap en komt de pijn gematigd binnen.
Helder licht is nu niet te verdragen!
Reactie schrijven